Begin oktober verzorgde ik samen met Annalien Prozee (CSG Comenius) een webinar voor het Netwerk Taalrijk onderwijs in het vo, van SLO. Samen met zo’n 30 deelnemers bespraken we drie stellingen vanuit de theorie en praktijk: 1) Zonder taalbeleid kun je niet succesvol werken aan taalkrachtig onderwijs, 2) Elke docent is in staat om taalgericht (vak)onderwijs te verzorgen en 3) De docent Nederlands is aanjager van het werken aan taalkrachtig onderwijs. Het werd een heel geanimeerd gesprek! Een greep uit de reacties per stelling lees je hier:
1. “Is het idee van eerst taalbeleid uitdenken en dan aan de slag gaan wel realistisch? Eerst
alles bedenken en dan invoeren kan niet. Je kunt niet anders dan klein gaan experimenteren op
diverse plekken in je organisatie, en van daar uit samen nadenken over volgende stappen.”
2. “Bij ons geven collega’s buiten de talen aan dat de taligheid van leerlingen onvoldoende is,
maar ze missen zelf nog de handvatten om dit aan te pakken. Bewustwording+scholing is
nodig.”
3. “Op mijn vorige school bestond de werkgroep taalbeleid uit een docent Nederlands, Engels,
filosofie en biologie. Dat was waardevol.”